ouders1

voor de spiegel

samen staan we daar

dat joch

met zijn

nog te licht haar

hij kijkt naar mij

terwijl ik

zorgvuldig

de baardharen

weg snijd

even lichten

z’n ogen op

vraagt hij mij

dat als hij

later groot is

ook zo

mooi

gladgeschoren

zal zijn


vader helpt zoon

in de ochtend

stil vertederend tafereel

vader die zoon helpt

met het scheren

voor het eerst

uitleg hoe het gaat

wat te doen

hoe te scheren

zonder dat het bloed

zoon doet het

stil en rustig aan

vader staat trots

te kijken

hoe het

gaat


dan wil ik je omarmen

als ik je bezig zie

met onze zoon

van ver over zee

die we mochten halen

omdat het nu

echt mag

als ik je bezig zie

hoe je met hem speelt

hoe hij zijn

wat mindere verleden

van het begin

vergeet

dan wil ik je

omarmen

dan wil alleen

maar zeggen

jij bent de juiste man

met wie ik leef


hij zal zijn weg wel vinden

wat onzeker

kijkt hij ons aan

na 18 jaar

in ons leven

besluit hij

zijn eigen weg

te gaan

wil hij op kamers

de wijde wereld in

voor zichzelf zorgen

zoals ieder kind

in ons leven gekomen

omdat het uiteindelijk mocht

omdat we samen

hadden besloten

om echt een stel te zijn

twee mannen

met hun zoon

die we hebben

verwend

die we hebben

gekoesterd,

soms vervloekt

maar ach dat

wend

nu gaat hij de wereld in

kijkt ons nu aan

we omarmen hem

laten hem

zijn eigen

weg gaan


wanhopige vaders

verlangend

staan ze

te kijken

achter het raam

spiedend

of ze misschien

een glimp

op kunnen vangen

van het kind

dat hun

ontnomen is

doordat de liefde

heeft verloren

van het gezin

verlangend

smekend haast

vragen ze

mogen we

ons kind zien

geen wet die het verbied

maar de moeder weigert

ze laat het

kind niet

meer aan de

vader zien


mijn vaders medaille

opgeruimd

de kast

met schatten

die hij jaren

heeft bewaard

waar hij altijd

zo trots over

heeft verteld

gevonden in

een oude doos

met fluweel bekleed

de plak die

zijn daden heeft

gehuld

gek nooit heeft

hij ons dat vertelt

terwijl hij altijd

al zoveel zei

eigenlijk zegt dit

zoveel meer

mijn vader die

in zijn bescheidenheid

geen held wilde zijn

maar nu is hij

voor mij

dat des te meer


tevreden op de bank

telefoontje

hij heeft het

naar zijn zin

het gaat goed

het huis is prachtig

de mensen leuk

de stad

bied meer dan

hij had verwacht

hij ging kroeg in

kroeg uit

vol verhalen verteld

hij alles wat

hij beleeft

wat hij voelt

zijn zorgen

over dat het

geld niet

genoeg zal zijn

na zijn opgewekte verhalen

kijken we elkaar aan

tevreden op de bank

blij dat het

met “onze” zoon

zo goed

gaat


kennismaking

beiden wat zenuwachtig

terwijl we dat niet

zouden moeten zijn

maar toch hoe

valt dit bij haar

die nu misschien

ook in ons leven

verschijnt

beiden staan we te dringen

voor de spiegel

willen toch wel

echt zo normaal

mogelijk

onszelf zijn

het eten staat al klaar

hoeft alleen nog

in de magnetron

dan de bel

ons kind

van verre landen

komt samen met

zijn vriendin

langs

bij de eerste handdruk

breekt onmiddellijk het ijs

de kennismaking

met haar

blijkt een

voltreffer te zijn


grinniken op de bank

zie hem zitten

in vol ornaat

samen met zijn

gevangen vangst

hij kijkt ons aan

ziet ons druk doende

zoals hij ons

helemaal niet kent

zo zenuwachtig

als een kibbelend stel

alles moet perfect lopen

zo hebben we dat bedacht

zo gewoon mogelijk

uiteindelijk toch

alles iets te groot

uitgepakt

teveel aan eten

alles net over de top

hij kijkt naar ons

en grinnikt op de bank

zijn beide vaders

lijken ineens

twee verdwaalde hanen

in een kippenhok


het mooiste dank je wel

terwijl

hij zijn jas aantrekt

we afscheid nemen

van hun samen

die weer

naar het kleine kamertje gaan

wat hun thuis zal zijn

omarmt hij ons

kust ons

zegt dat hij

zo blij is dat

hij bij ons

het geluk vond

dat hij zo trots is

op wat we voor hem

hebben gedaan

dat als hij overnieuw

mocht kiezen

dat hij weer

voor ons zou gaan

het mooiste dank je wel

wat hij zeggen kon

raakt me zo diep

omdat ik

zo vaak twijfelend

door het huis liep

of ik het allemaal

wel goed deed

de ogen die

steeds ons bekeken

van de buitenwereld

controlerend of het

echt wel ging

terwijl hij vertrekt

nagezwaaid

sla ik mijn arm

om jou heen

met een brok

in mijn stem

zeg ik

“volgens mij zaten niet wij

maar de buitenwereld

verkeerd”


een moeder vraagt hulp

handenwringend

staat ze voor me

met haar brandende vraag

haar kind

verloren

in een wereld

van drugs

van geweld

is uit huis gegaan

ze vraagt me

of ik met hem

wil gaan praten

zelf komt ze

er niet aan toe

stil laat ik

haar vertrekken

met de belofte

dat ik mijn best zal doen

haar zoon

te bepraten

dat hij het

op de één of andere

manier

anders moet doen


bezoekje

ach de route

weten we nu wel

na weken

op en neer

gereden te zijn

om zijn kamertje

om te bouwen

tot een kasteel

emmers verf

tassen vol

met schoonmaakmiddelen

is het gelukt

een nieuw paleis

voor hem

waar hij een

ander leven begint

nu mogen we op bezoek

om te kijken hoe hij het doet

samen op de te kleine stoelen

ongemakkelijk zitten we daar

hij heeft het goed voor elkaar

wat onwennig

dat we niets meer hoeven doen

dat hij ons verwent met

van alles waarvan hij weet

dat we er gek op zijn

een ervaring

die we toch

wat raar

doorstaan

gek eigenlijk

dat je ineens

op bezoek bent

bij iemand

die je zo

na staat


als hij groot is dan…

telkens tegen elkaar zeggen

als hij groot is dan

telkens tegen elkaar zeggen

als hij een goed en gelukkig mens

zal zijn dan

telkens tegen elkaar zeggen

als hij een sterke volwaardige man

is dan…

telkens tegen elkaar zeggen

als hij nu nog geleefd had

dan…..


gevangen traan

( door een kinderhand gekoesterd)

de regendruppel

gevangen

in de hand

van het kind

dat me lief is

ontstaan

de liefde

die me

daardoor

omringt


het verleden dat heden word

foto van mij

met een te korte

overal aan

hoogwater

aan de hand

van mijn vader

onderweg

vol met modder

met straat vuil

omdat ik zo graag

in de bouwkuil

wilde zijn

het verleden gevangen

in die tijd

opeens terug

in het heden

nu ik als vader

met dat joch

ineens

hand in hand

hij in zijn overal

met te hoog water

vol met smeer

naar huis

komen zal


uitspugen van de hete koffie

gezellig samen op de bank

zappen van de ene zender

na de andere

zoals dat gaat

nergens echt

onze gedachten bij

alleen al het

samen zijn

is meer dan genoeg

ineens

ons zorgenkind

komt binnen

gaat eens zitten

voor een goed gesprek

zonder ook maar iets

te vermoeden

neem ik een

slok van de koffie

tijdens zijn vraag

“papa’s wat is een stijve”

ik verslik me haast

spuug de koffie uit

op het tapijt

ik kijk naar jou

deze vraag

is niet voor mij

jij begint te haperen

verteld een mooi verhaal

over bloemetjes en bijtjes

de hele rataplan

zoonlief

kijkt ons beide aan

zegt heel eenvoudig

“nou laat maar,

het is volgens mij

hier heel anders

aan toe

gegaan”


gek zo samen op de bank

samen op de bank

even wennen hoor

ongestoord

kunnen blussen

van verlangen

samen zitten

wat kroelen

met elkaar

de stilte

in het huis geslopen

nu hij niet meer

naar beneden komt

voor wat limonade

voor wat chips

een nieuwe fase

in ons leven

gek zo samen

op de bank

het geluid

de stoorzender

die ik mis


nieuwe fase in ons leven

opgeruimde kamer

wat ineens

ook opgeruimd blijft

de douche

nu zomaar vrij

ineens geen

getob met kastruimte meer

geen gezeur

over wat is er

op tv

gek is het eigenlijk

dat het zo gaat

wij beiden staan

nog wat onwennig

nu deze nieuwe fase

in ons leven is

in gegaan


hoe zou het met hem gaan?

bij elk telefoontje

kijken we

hoopvol op

hopend dat hij bellen zal

hoe het met hem is vergaan

nadat we hem

weg hebben gebracht

met een tas vol boodschappen

voor de eerste week

al twee dagen

niets gehoord

ongerust ben ik wel

maar zelf bellen

dat doe ik maar niet

dat is niet goed

dat is te snel

jij en ik

zitten te wachten

tot hij eindelijk bellen zal

maar beiden

zeggen we niet

zal ik

even hem

bellen gaan?


als het kind zingt

(voor Vincent)

helder stem

gedragen door

de wind

mannen en vrouwen

ineens verstild

luisteren naar

het kind

dat zijn

leven

bezingt


nu maak ik het voor jou

het eten

wat we altijd

maakten

als hij weer

eens zo in

zijn schulp verscholen zat

telkens niet te bereiken

gewoon geen land

met hem te bezeilen

omdat hij weer

eens zo’n dag had

was altijd de opening

voor een gesprek

hij gruwde ervan

de spruiten

de aardappelen

en dat gecombineerd

met vegetarisch vlees

alles wat hij verafschuwde

zette ik dan neer

zodat hij door zijn

ergernis te uitten

zomaar tot een gesprek kwam

over wat er speelde

we zo weer

bij hem konden zijn

nu jij wat zit te mokken

over de leegte

in dit huis

over dat het wel heel

erg stil zal zijn

kook ik weer

dezelfde maal

waar jij ook

soms de pest aan had

terwijl ik het eten

op tafel zet

begin je te praten

belanden we samen

in een verhelderend

gesprek


het was gemeen ik weet het

wat een getob soms met het eten

wat hij weer eens

niet lustte

of gewoon

geen zin in had

als een kleine tiran

begon hij dan

te schreeuwen

als toegift

lag hij jankend

op de grond

uiteindelijk

na lang praten

met jou hoe we

dit zouden moeten

doorstaan

het gemeenste bedacht

waardoor hij

misschien tot

inkeer komen zal

hem alleen maar verteld

als hij niet wil eten

vinden we dat best

geen warm eten

dan ook geen toetje

dat is dan gewoon

zijn pech

hij stemde hiermee in

meteen de eerste keer

dat we iets aten

wat hij niet eten wou

maakten we geen

ruzie geen gezeur

na de maaltijd

zijn bord bleef keurig staan

pakten wij het toetje

waar hij voor uit zijn

bed te halen was

vol smaak zijn we gaan

zitten eten

tevreden met een volle buik

zijn ogen die

bijna uit zijn

oogkassen vielen

was goud waard

ineens begreep hij

hoe het zat

at zijn bord leeg

dat gezeur

hadden we vanaf toen

gewoon gehad


wat onwennig dat wel

ogen die me observeren

wat ik daar bij

dat kleine schooltje doe

moeders die wat

onwennig kijken

een man die daar staat

is toch wel raar

wat moet hij hier

de handen bijna

onzichtbaar

op de tas gelegd

kruipen iets dichter

bij elkaar

dan de bel

dat joch

met zijn donker haar

zijn wat bruinig gezicht

dat openbreekt

omdat hij me ziet

rennen met zijn jas

half open

zijn stralende lach

kruipt me in mijn armen

laat trots zijn tekeningen zien

die hij heeft gemaakt

samen hand in hand

zijn we weg gelopen

we werden nagestaard

over straat


denkrimpel boven zijn neus

de eerste zondag

in mei

staat hij daar

met zijn ontbijt

voor ons helemaal klaar

zijn handen

houden het

blad stevig vast

nadat we met z’n drieën

zitten te eten

zie ik de denkrimpel

boven zijn neus ontstaan

in zijn hand

een pakje

hij weet niet

aan wie hij

het geven moet

het is tenslotte Moederdag

maar met twee vaders

is dat een vreemd gedoe

de wereld is er nog

niet aan gewend

dat het soms

bij andere gezinnen

anders toegaat

de oplossing heeft hij

uiteindelijk zelf bedacht

hij maakt gewoon

een ik zal altijd

van jullie blijven houden dag


met z’n tweeën en die lege plek

met z’n tweeën

zitten we daar

het eten

smaakt raar

kijken naar

die plek

die niet meer

word bewoond

door het kloppend hart

met z’n tweeën

praten over hoe

de dag was

uiteindelijk samen

in tranen

omdat hij

ons zo

liefs was


dat teder gevoel

jouw handje

in de mijne

angstig kijk je me aan

voor het eerst

naar de bioscoop

om een echte

grote film te zien

samen zitten we daar

je kijkt je ogen uit

ziet van alles

op het doek ontstaan

vol verbazing

over het grote doek

waarop zich

van alles afspeelt

in muziek en kleur

ik kijk naar je

zie hoe je geniet

zo teder het gevoel

dat jij bij mij

mag zijn


dat kon je vader ook niet weten

het is sinterklaasavond

we zitten al klaar

wachten op de bons

op de deur

zoals dat hoort te gaan

het blijft stil

er gebeurt niets

na eindeloos

het repertoire te

hebben gezongen

van Sinterklaas kom maar binnen

en ga zo maar door

schor van het vele zingen

ben ik zogenaamd

even naar het toilet gegaan

zag ik jou staan

met de slaap nog

in je ogen

van het even

naar bed te zijn

gegaan

helemaal was je vergeten

dat je op de deur zou slaan

zogenaamd net van je werk

vandaan

via de achterdeur

binnen komen zou

ik lach

kus je

vind je nu extra lief

jij kijkt nog schuldbewuster

dan hij die ineens

allemaal pakjes

liggen ziet


ze maken zich zorgen

de tijd van de telefoon

die je overal hoort

overgaan

in het huis dat

ik bewoon

hoor ik ze aan

mijn ouders die

zich zorgen maken

over dat ik

alleen ziek

in bed lig

zonder iemand

die op me let

ik stel ze gerust

vertel ze dat

het goed gaat

wil ze nog niet vertellen

dat mijn hart

al met dat van jou

samen slaat


geef alleen maar aandacht

( en soms een beetje liefde)

het zijn net bloemen

de pubers die

nu voor me staan

vooral niet te lief zijn

stoerder dan stoer zijn

geef ze soms wat aandacht

wat water voor hun ziel

doe er wat liefde bij

en voor je het weet

staat er weer

een uniek mens


het mooiste cadeau

terwijl

ze druk bezig is

met het voorbereiden

van haar dagelijkse

avond maal

gaat de telefoon

haar zoon wil haar

iets vertellen

vraagt haar

om even zitten te gaan

jarenlang heeft

ze er alleen voor gestaan

haar man

te vroeg overleden

heeft ze nooit

vervangen door een

andere man

haar zoon vertelt het

met een zachte stem

dat ze oma gaat worden

even zit ze stil

huilt in stilte haar

traan

zegt in stilte

tegen haar overleden man

“ik geloof dat ik

het nog zo slecht

niet heb gedaan”


ben je trots op me?

het leven

is gewoon

zijn weg gegaan

zonder er bij stil te staan

zonder me te vragen

of ik alles wat ik kreeg

wel hebben wou

nu ik zo terug kijk

op de tijd

van het vechten

van de eeuwig durende strijd

tegen de eenzaamheid

het gevecht

om te zorgen dat

onze kinderen

het volle leven

goed beslagen

in kunnen gaan

vraag ik je soms

zomaar op een avond

in de tijd

op je trots op me bent

of je nog steeds

naar me kijkt


nee ik ben niet stil ik huil van binnen

nee ik ben niet stil

ik zit alleen

even van binnen

te huilen

om het leed

wat ik lees

de verhalen

van de kinderen

die elke dag

weer moeten overleven

ik ben niet stil

ik huil alleen

maar om ze

heel diep

van binnen


ze zijn niet lief

tranen biggelen

over zijn wangen

van zijn hele

grote verdriet

hij komt naar me

toegelopen

met zijn luier

voor de nacht

half op zijn knie

dikke bulten

sieren zijn benen

de muggen

hadden kennelijk

ook een feestmaal

op zijn benen

mijn zoontje

van vier zegt

de magische woorden

ik vind ze niet lief


gelukkig de wasmachine doet het weer

2 weken lang

afzien tot deze dag

dat hij weer thuis kwam

we hadden beiden niet gedacht

dat het zo’n vreugdevolle

weerzien zou zijn

hij kwam aan op het station

waar we hem hebben opgehaald

met zijn tas vol smerige was

die meteen maar in de gang

werd neer gekwakt

even een knuffel

praten hoe het gaat

samen met z’n drieën

wat zitten te praten

over dat hij het echt

geweldig doet

dat we trots zijn op

hoe hij het aanpakt

uiteindelijk zijn tas uitgepakt

het voelt meteen vertrouwd

zijn sokken

zijn ondergoed

zijn kleren die hij

al jaren draagt

ligt nu op gesorteerde stapels

voor de wasmachine klaar

het is weer heerlijk

om de was van hem te zien

al is hij maar twee weken

op zichzelf

hij is er helemaal

weer


boodschappen doen…

het kan niet anders

het moet wel op

de zaterdag

in de week zit alles vol

met werk

dus we moeten weer

dit keer weer een keer

met z’n drieën

op pad om te kijken

wat de voorraad

weer aan te vullen

zodat we weer een week

samen kunnen doorstaan

tijdens de boodschappen

Verzucht hij steeds

Wat is alles duur

Wat een boel geld

kost het leven toch.

wij kijken elkaar aan

we kennen dit gevoel

uit vroegere jaren

waarin we ook zo deden

telkens pakken we steeds

net iets te veel in

alsof we dat nodig hebben

we doen dit

zonder het tegen elkaar

te zeggen

uiteindelijk zijn

de boodschappen klaar

thuis uitpakkend

laten we een groot gedeelte

op het aanrecht staan

dat is voor hem

zodat hij deze week

ook goed zal doorstaan


de kerstdoos

nee het waren geen 18 ballen

die we je konden geven

het waren er 15 ballen voor

in jouw levensboom

elk jaar dat je bij ons was

heb ik een speciale bal gekocht

die bij dat jaar past

elk jaar weer

met zorg ingepakt

daarbij de datum

een stukje krantenpapier

uiteindelijk was het zover

samen met jou

de man van wie

ik zoveel hou

samen twee kerstbomen gekocht

extra lichtjes want dat

ontbrak er nog aan

samen op weg

naar het kleine huisje

dat hij nu bewoont

aangebeld

hem zijn kerstboom eerst gegeven

daarna de kerstdoos

met voor elk jaar dat

hij bij ons in huis was

als onze zoon

gegeven

ineens kreeg zijn leven

een verleden

zijn kerstboom

is nu voor hem

een symbool

van zijn leven


de vraag die niet wil komen

hij zit tegenover mij

verteld zijn verhaal

wat hij voelt

wat er in hem

omgaat

kan niet verwoorden

wat hij eigenlijk zeggen wil

valt af en toe stil

denkt diep na

vraagt zich af

wat hij nu moet

wat hij wil

het antwoord

op de vraag

die maar

niet komen wil


ze is zo lief geworden

nadat een gesprek

met haar

over hoe het tussen ons ging

niet het resultaat gaf

wat ik wilde

waar ik naar

uitzag

bleek ineens

bij haar de verandering

ineens was ze

zoals ik graag zag

ineens zo lief

zo vol daadkracht

dat ik alles heb vergeten

wat ooit eens

tussen ons

heeft in gestaan


fietsen met opa

dat heerlijke joch

dat in ons leven

kwam

zijn begin

moeizaam

maar door ons

zo naar verlangt

is nu bij opa thuis

opa leert hem fietsen

dat kan hij nog niet

hij vind het allemaal

maar eng

maar ondertussen

zie ik mijn vader

die als jonge oude man

zijn kleinzoon

fietsen leren kan


naar het indianenbos

hey opa gaan we nu

ik hoor hem het zeggen

terwijl ik nog bezig ben

met de dingen van hem

uit de auto te halen

jij en ik

helemaal druk

want hij zal een nacht

logeren bij zijn opa en oma

zodat wij even met z’n tweeën

alleen kunnen zijn

hij kan niet wachten

totdat hij er weer is geweest

hij wil naar het indianenbos

dat zo geheimzinnig spannend is

terwijl mijn vader

hem over zijn donkere krullen aait

kijkt hij ons aan

zegt alleen maar

dat hij dit het mooiste cadeau vindt

dat hij ooit heeft gehad


dag ga nou maar

nog een knuffel

nog een zoen

nog even snel

door zijn haren kroelen

dan is er niets meer

dat ons niet kan

laten gaan

hij ondergaat het

met gelatenheid

weet nu al dat

als we weg zijn

hij in het paradijs

met allemaal nieuwe

uitdagingen

zal zijn

we dralen wat

kijken nog even of

alles werkelijk wel

aanwezig is

dag ga nou maar

horen we ineens

hij wil dat we

zo snel mogelijk weg zijn

dan heeft hij het

rijk helemaal alleen


moeten we bellen

stom niet goed

over nagedacht

dat de eerste keer

dat we weer

samen op vakantie gaan

hij alleen in het huis zal zijn

we hebben samen

van alles gekocht

de diepvries is

overladen

overal liggen

briefjes met

boodschappen er op

onderweg

bedenken we ineens

dat we vergeten te zeggen

of hij de planten niet vergeet

moeten we bellen

of er op vertrouwen

dat hij dat zelf

wel weet

Hits: 114