westerborkpad15

rusten in de schaduw van de liefde

na de vele kussen

van de vlinders van nacht

raak ik verward

als de vlinder van de dag

mijn hart aanraakt

kijk ik

vanuit de schaduw van de liefde

naar de liefde

die ineens zomaar

in mijn hart

geraakt


omdat het ligt

de vele gesproken woorden

van de tijd

die we samen hadden

die we niet gebruikten

om bij elkaar te zijn

staan we samen te staren

naar de liefde die verdween

door het te laten liggen

waar het bleef waar het was

verloren we de liefde

voor altijd


nu de koffie klaar is

nu de koffie

klaar is

 zit  ik te wachten

totdat jij komen zal

zit ik stil te staren

naar de liefde die nooit is

maar er altijd was

besef ik nu ik weer bij je ben

dat jij eigenlijk altijd

al in mijn hart

aanwezig was


even rusten

heel even rusten

in de stilte van de uren

even kijken

naar de dromen van gisteren

die niet meer uitkomen

deze nacht

even kijken

naar de stilte van altijd

om te beseffen

dat het even laten  rusten

het beter  is

voor altijd


als de geuren vervagen in de dagen

ze staat te staren

naar de bloemen die ik voor haar meebracht

ze kijkt ze aan

zegt zachtjes deze geuren herken ik

uit de tuin van mijn ouders

ze glimlacht

ze is even weer daar

waar ze elke keer weer is

zonder dat ze beseft

dat ze niet meer

in deze tijd

is


ze zijn

verscholen in het grote bos

staan daar deze figuren

van roestig metaal

om zo de tijd te laten

blijven bestaan

om zo er te zijn

dat nooit vergeten zal worden

dat ze ooit waren

dat ze voor de vrede

zijn gegaan


het hangt al te lang

al veel te lang

kijken we elkaar aan

met de vraag

wat we willen met elkaar

raken soms verstrikt

in de twijfel of het wel

tussen ons kan bestaan

laten we het moment voorbij gaan

merken we dat het

al te lang tussen ons

in zit

dat het niet meer

voor kunnen gaan


de tranen van haar

als ik kom

al is het de volgende dag

staat ze naar me te kijken

pakt mijn handen vast

zegt ik ben zo blij dat je er bent

ik mis je zo nu je nooit meer bij mij komt

ik raak teder haar wangen aan

streel haar haar

dan zegt ze

ik wist niet zeker of je zou komen

omdat je altijd zoveel werkt

ik besef ineens

dat ze niet tegen mij

maar tegen mijn vader praat


de namen die nooit worden vergeten

lopen door de straten

van diverse steden

zie ik ze liggen

de namen van hen die niet meer zijn

de namen zijn gevangen

in gele koper

om naar ons te schijnen

te schitteren

zodat we weten

dat ze ooit waren

maar dat we niet vergeten

wat hen is aangedaan


gedachten spinsels van het verleden

met een glimlach

om mijn mond

loop ik te dwalen

door de dagen van het heden

waarin ik wandel

waarin ik ontdek

dat het verleden is geweest

wat het is geweest

waarin ik terug zie de onmacht

van mijn omgaan met verlies

van het loslaten van wat ooit was

besef ik dat de gedachtenspinsels uit het verleden

niet meer dan een daad van wanhoop was


de engel kwam hem halen

zonder het aan mij te vragen

werd hij ineens gehaald

was hij ineens niet meer bij mij

zijn starende ogen

die naar me keken

die nog niet waren gesloten

het ongeloof in zijn gezicht

van dat het zijn tijd was

de engel die hem kwam halen

beseften niet dat ze niet alleen hem

maar ook mij uit het

leven hebben weg gehaald

Hits: 37